Lusterleaf Rapitest 1835 3 in 1 meet grond pH,EC,Temperatuur

Deze electronische grondmeter stelt u in staat om snel en eenvoudig de zuurgraad (pH), temperatuur en bemestingsgraad van uw grond te meten.

Steek de meetsonde in de grond en lees direct de resultaten digitaal uit. Gemakkelijker kunnen we het niet maken.

De verkregen informatie maakt het mogelijk om uw planten optimaal te laten groeien en bloeien.

Nooit meer raden naar de optimale omstandigheden voor uw grond. Deze meter combineert de belangrijkste functies om een goede grondanalyse te kunnen maken.

De pH-functie meet de zuurgraad van de grond. De temperatuurfunctie geeft aan of de grond de juiste temperatuur heeft om te kunnen zaaien/planten.

De bemestingsfunctie meet de gecombineerde niveau’s aan stikstof (N), fosfor (P) en Kalium (K) om de bemestingsgraad van de grond te kunnen bepalen.

Deze handleiding behandelt alle functies van het apparaat en helpt u om de juiste temperatuur, de juiste pH en de juiste bemestingsgraad te bepalen voor de planten die u optimaal wenst te verzorgen.

Direct in de grond meten geeft meestal een goed resultaat. Voor het beste resultaat is het echter raadzaam de aanwijzingen hieronder op te volgen.

-Alleen voor gebruik in de grond, nooit gebruiken in vloeistoffen !

-Uitsluitend meten als de grond goed nat is. Bij voorkeur 30 min. na het water geven of na een flinke regenbui.

-Altijd de grond rond de meetpen met de vingers stevig tegen de meetpen drukken.

-Zorg ervoor dat u altijd in de vrije grond meet zonder wortels en andere (organische) obstakels.

-Bij iedere meting de meetpen incl. de punt eerst goed schoon wrijven met een schuursponsje en schoon maken met een droge doek.

-Wacht bij iedere meting 1 minuut voordat u het resultaat uitleest.

Als u voorbereidingen treft om een ​​bed aan te planten of in te zaaien met planten, struiken, groenten, fruit of gras is het handig om van tevoren de grond op een aantal plaatsen op die plek te testen op de temperatuur, de bemestingsgraad en de pH waarde. Het is ook belangrijk om te weten of de pH waarde van de grond binnen het bereik van de plant ligt. U kunt dat bereik voor uw plant eenvoudig op het internet opzoeken.

Stap 1. Druk op de aan/uit knop om de meter aan en uit te zetten.

Stap 2. Druk op de knoppen met de pijltjes om de testfunctie te wijzigen.

Stap 3. De gebruikte testfunctie wordt aangegeven door de knipperende pijl in het scherm.

Stap 4. Als het meettoestel niet in bedrijf is, schakelt het zichzelf na ca. 4 min. uit.

Stap 1. Verwijder eerst de bovenste 5 cm van de grond en maak bodemklonten fijn tot een diepte van 12 cm. Verwijder steentjes of andere organische voorwerpen zoals bladeren en takken, want dit kan het eindresultaat beïnvloeden.

Stap 2. Flink water (idealiter gedestilleerd water) toevoegen zodat de grond een stevige en compacte structuur krijgt.

Stap 3. De natte grond stevig aandrukken om de grond goed te verdichten.

Stap 4. Maak de sonde incl. de punt in zijn geheel goed schoon en glanzend met het bijgeleverde sponsje. Veeg de sonde af met een watje of een doek. Altijd van beneden naar boven in de richting van de handgreep schoonmaken.

Stap 5. Gebruik de pijltoetsen om de indicatorpijl in het scherm naar “pH” te verplaatsen.

Stap 6. Voer nu de eerste meting uit: steek de sonde recht (verticaal) in de bevochtigde grond tot een diepte van 10 – 12 cm. Als de sonde niet gemakkelijk in de grond valt te drukken, kies dan een nieuwe positie. Gebruik nooit geweld! Draai de sonde meerdere keren met de klok mee en tegen de klok in

rechtsom en linksom tussen uw vingers om ervoor te zorgen dat de modderige grond goed verdeeld wordt over het oppervlak van de sonde. Wacht 60 Seconden totdat het resultaat in de display niet meer verandert en noteer de pH waarde. Trek de sonde nu uit de grond.

Stap 7. Sla deze laatste stap nooit over!

Bepaal op basis van het resultaat van deze eerste meting (=de beginwaarde) hoe u opnieuw dient te meten.

A. Als de beginwaarde pH 7 of hoger is. Veeg eerst alle vuildeeltjes van het oppervlak van de sonde. Maak de sonde opnieuw met het sponsje en de doek schoon zoals hierboven omschreven en doe een nieuwe meting in de buurt van het gat waar u de eerste meting hebt uitgevoerd (niet het eerste gat opnieuw gebruiken!) Draai de sonde 2 of 3 keer tussen uw vingers zoals bij de eerste meting en wacht 60 seconden voordat u het resultaat van deze meting uitleest.

B. Als de beginwaarde lager dan pH 7 is. Veeg eerst alle vuildeeltjes van het oppervlak van de sonde.

De sonde mag nu niet worden schoongemaakt met het schuursponsje en een doek. Plaats de sonde terug in de grond op een andere locatie en vermijd daarbij het gat van de eerste meting. Draai de sonde 2 of 3 keer tussen uw vingers zoals bij de eerste meting en wacht 60 seconden voordat u het resultaat van deze meting uitleest.

Voor een nog nauwkeuriger resultaat bij het meten van de pH volgt u de volgende procedure. Haal het te onderzoeken bodemmonster uit de grond en bereid het bodemmonster voor door de grond goed fijn te maken met uw vingers en obstakels zoals steentjes en organische resten te verwijderen. Vul 2 kopjes met aarde van het bodemmonster. Vul nu eerst een schone glazen of plastic container met 2 kopjes gedestilleerd water en voeg nu de 2 kopjes met bodemmonster toe. Zorg ervoor dat de grond en het water goed mengen en druk de substantie stevig aan. Laat overtollig water weglopen.

Volg nu de stappen vanaf stap 4. zoals hierboven omschreven.

Kalk kan op elk moment van het jaar worden toegevoegd, maar het kost tijd voordat de werking zichtbaar is. Daarom zijn herfst, winter en vroege lente bij voorkeur de periodes om kalk toe te voegen. De twee belangrijkste soorten kalk zijn gemalen kalksteen en gehydrateerde kalk. Gemalen kalksteen werkt langzamer, maar is prettiger in het gebruik. Gehydrateerde kalk werkt na 2 – 3 maanden. Dat duurt met gemalen krijt of kalksteen tot 6 maanden. Verwacht niet een exacte pH correctie, maar eerder een globale verbetering. Voeg geen kalk toe gelijktijdig met ammoniaksulfaat, superfosfaat, of dierlijke mest. Het toevoegen van kalk kan wel gecombineerd worden met kaliumsulfaat. De aanwezigheid van kalk stimuleert ook de beschikbaarheid van voedingsstoffen voor de plant. De bodem mag niet automatisch worden gekalkt omdat de beschikbaarheid van te grote hoeveelheden plantaardig voedsel kan leiden tot een te hoge pH waarde. U dient dus altijd eerst te meten en mag pas kalk gaan toevoegen als blijkt dat de pH waarde duidelijk te laag is.

• Verlaagt de zuurgraad, verhoogt de pH.

• Bindt de fijne deeltjes aan grotere deeltjes en bevordert de beluchting van de grond.

• Helpt vocht en plantaardig voedsel op te slaan in zandgrond.

• Compenseert de toevoeging van (zure) meststoffen.

• Het kalkgehalte van de grond heeft soms invloed op de bloem- en bladkleur. Blauwe en rode hortensiabloemen zijn een goed voorbeeld.

• Voorziet de beschikbare plantenvoeding van calcium.

• Zorgt voor stikstof door de micro-organismen te stimuleren die helpen de organische stoffen af te breken.

• Verhoogt de populatie regenwormen.

• Beschermt tegen sommige ziektes.

De beste manier om de pH te verlagen is door regelmatig compost en/of dierlijke mest toe te voegen. Op deze manier verlaagt u niet alleen geleidelijk de pH, maar bevordert u ook de hoeveelheid voedingsstoffen in de bodem en wordt het vocht in de bodem beter vastgehouden. Turf (met een stikstofgehalte van slechts ongeveer 4%) is een ook nuttige bodemverbeteraar met een zuur karakter. Sulfaat uit ammoniak is een chemische behandeling die helpt de pH van de grond te verlagen en voegt bovendien stikstof toe. Terwijl kleine bacteriën en micro-organismen in de bodem verse organische stoffen in plantaardig voedsel omzetten produceren ze ook zuren. Als dit proces uiteindelijk tot een (te) lage pH leidt werken deze organismen minder efficiënt. In dat geval is er kalk nodig als balancerend en stimulerend middel. Het is verstandig om stapsgewijs de pH te verlagen en dan tussentijds het effect te meten. Het is namelijk onmogelijk om van tevoren te berekenen wat het effect van uw behandeling zal zijn en in welke mate de pH zal worden verlaagd. Zie verder hierboven de instructies m.b.t het toevoegen van kalk.

Hoeveel u moet aanbrengen hangt af van de structuur (deeltjesgrootte) van de grond. Zandgrond heeft bijv. minder kalk nodig voor een gelijkwaardige pH-verandering dan zware klei, maar houdt de pH niet zo lang vast in vergelijking met zware klei.

Zandgrond is een lichte, grove grond en bestaat meestal uit afbraakmateriaal van gesteente.

Leemgrond is een middelzware grond en bestaat meestal uit een mengsel van grove (zand) deeltjes en fijne (klei) deeltjes.

Kleigrond is en zware, moeilijk doordringbare grond bestaande uit zeer fijne deeltjes die in de winter vaak verzadigd zijn met water en juist erg droog zijn in de zomer.

Vruchtbare grond is grond die voldoende gewasopbrengsten oplevert en door plantaardige en dierlijke resten op te nemen een overvloed aan organisch materiaal of humus bevat. Deze grond heeft een goede structuur (niet te los en te licht, niet te zwaar en te stijf), is goed gedraineerd en heeft een goede pH voor de best mogelijke plantengroei. Een vruchtbare grond bevat voldoende van de drie hoofdelementen stikstof, fosfor en kalium. Tot slot bevat vruchtbare grond ook voldoende micronutriënten zoals boor, koper, ijzer, zwavel, magnesium en molybdeen. Bij het meten van de vruchtbaarheid van de bodem met dit apparaat wordt de aanwezige combinatie van het stikstof-, fosfor- en kaliumgehalte (NPK) van de bodem gemeten.

Stap 1. Verwijder eerst de bovenste 5 cm van de grond en maak bodemklonten fijn tot een diepte van 12 cm. Verwijder steentjes of andere organische voorwerpen zoals bladeren en takken, want dit kan het eindresultaat beïnvloeden.

Stap 2. Flink water (idealiter gedestilleerd water) toevoegen zodat de grond een stevige en compacte structuur krijgt.

Stap 3. Gebruik de pijltjestoetsen om de indicatorpijl in het scherm naar “fertility” te verplaatsen.

Stap 4. Maak de sonde incl. de punt in zijn geheel goed schoon en glanzend met het bijgeleverde sponsje. Veeg de sonde af met een watje of een doek. Altijd van beneden naar boven in de richting van de handgreep schoonmaken. Steek nu de sonde tot net onder het handvat verticaal in de bodem.

Stap 5. Wacht een minuut en lees het resultaat uit.

Voeg vloeibare meststof toe die geschikt is voor uw planten, conform de gebruiksaanwijzing op de verpakking. Voeg deze vloeibare meststof ook toe binnen 3 weken na het planten of verpotten en doe dit daarna één keer in de maand tijdens het water geven.

Geef eens per maand water met een oplosbare meststof die geschikt is voor uw planten.

Giet grondig met veel water om de overtollige mest uit de grond te spoelen bij zowel planten in de kas als bij potplanten. Verpot de plant met nieuwe grond als het een potplant betreft. Voeg geen mest toe ! U kunt wel compost, maaisel, plantafval, bladeren en ander organisch materiaal aan de bodem toevoegen

Over het meten van planten in de aarde of in potgrond

Test alleen aan het begin of tijdens het groeiseizoen, nooit daar buiten. Test de grond niet op een plant die onlangs is verpot aangezien de plant in een delicate staat verkeert en eerst moet herstellen.

Om de pH te meten dient u altijd de aarde eerst goed nat te maken (zonder toevoeging van vloeibare meststof) en circa 30 min. te wachten voordat u gaat meten. Gebruik voor kamerplanten altijd regenwater. Kalk in kraanwater is voor sommige planten niet goed en kan ook de meting van de pH waarde beïnvloeden. Als bij potplanten de gemeten waarde niet voldoet aan het gewenste pH-bereik

dient u de plant te verpotten. Probeer niet de pH waarde van de potgrond te corrigeren door het toevoegen van een product ! Let op: Als u een gezonde, bloeiende plant hebt en één van de gemeten pH waardes komt niet overeen met het pH bereik van uw plant hoeft u geen actie te ondernemen. Blijf wel de pH van de grond regelmatig meten.

Bewaar de meter altijd op een droge en vorstvrije plek. Als u de meter gedurende langere tijd niet gebruikt verwijder dan de batterijen.