Brimex kaarten

Ongedierte

Plaag: Kasspint
De kasspint is een 0,5 mm grote, geel-bruine mijt met twee donker groene vlekken op de flanken, die leeft van plantensappen. Spintschade is te herkennen aan de wit-gele plekjes op het blad van de plant en aan een zijdeachtig spinsel aan de onderkant van het blad.
Natuurlijke vijand: Roofmijt
De roofmijt is een 0,6 mm rode mijt die zich snel beweegt en die onmiddellijk op zoek gaat naar kasspint.De roofmijt leeft hoofdzakelijk van (kas) spint en spinteieren,die hij leegzuigt en opeet. De roofmijten worden verpakt in een flesje van min. 500 exemplaren, goed voor een te behandelen oppervlakte van 50 tot 60 m2. De inhoud van het flesje uitstrooien op de bladeren van de plant (en niet op de bloem).


Plaag: Varenrouwmug
De varenrouwmug is een 5 mm groot, zwart vliegje. Komt meestal in grote aantallen voor en legt haar eitjes in potgrond. De 5 mm grote, witdoorschijnende larven overleven in potgrond en tasten het wortelstelsel van de plant aan. Daarbij worden ook vaak ziektekiemen overgedragen. Door de vraatschade aan de wortels gaat de plant bladeren laten hangen en kan de plant zelfs volledig verwelken.
Natuurlijke vijand: Nematoden
De nematoden Steinernema sp. tegen de varenrouwmug zijn met het oog niet-waarneembare aaltjes, die in de potgrond de larven van de varenrouwmug opzoeken en binnendringen, waarbij een bacterie afgescheiden wordt die de larve van de varenrouwmug doodt. Tevens leggen de aaltjes hun eitjes in de larve van de varenrouwmug. Vanaf een minimale potgrond temperatuur van 13°C zijn de aaltjes optimaal actief. De aaltjes worden in een kleisubstantie geleverd, welke opgelost dient te worden in ca. 20 liter water en dan uitgegoten wordt in de grond.


Plaag: Taxuskever
De taxuskever is een 10mm grote, donkerbruine kever met gele vlekjes die zich 's nachts tegoed doet aan bladeren. Het schadebeeld, veroorzaakt door dit insect, is herkenbaar aan het van buiten naar binnen afvreten van de bladeren. De 1cm dikke, witte larven met bruine kop komen voor in potgrond en tasten het wortelstelsel van de plant aan. Als gevolg kan de plant geen voedingsstoffen meer opnemen en laat de plant de bladeren hangen.
Natuurlijke vijand: Nematoden
De nematoden Heterorbabditis sp. tegen de taxuskever zijn met het oog niet waarneembaar. Ze zoeken in de potgrond de larven van de taxuskever op, dringen er binnen en scheiden een bacterie af die de larve doodt. Tevens leggen de aaltjes eitjes in de taxuskeverlarve. Vanaf een min. Grond- temperatuur van 13°C zijn de aaltjes optimaal actief. Ze worden geleverd in een kleisubstantie, welke opgelost moet worden in ca. 20 liter water, waarna ze uitgegoten moeten worden in de potgrond.


Plaag: Trips
Tripsen zijn gevleugelde insecten en zijn nog geen millimeter groot. De larven zijn beweeglijk en beginnen dadelijk na het uitkomen met het eten van bladweefsel aan de onderkant van het blad. Door het leegzuigen van plantecellen ontstaan zilvergrijze vlekken op de bladeren, waarop zwarte puntjes (de uitwerpselen) te zien zijn. Bij hogere dichtheden treedt ook schade op aan bloem of vruchten. Tripspopulaties kunnen zich op korte tijd zeer snel ontwikkelen.
Natuurlijke vijand: Roofwants
De roofwants Orius is een afgeplat insect van ca. 3 mm groot met een typisch lange steeksnuit. Deze beweeglijke veelvraat voedt zich met alle stadia van de trips. Wanneer geen trips voorkomt, voedt ze zich ook met pollen en andere insecten, zoals wittevlieg, luis en spint. Bij hoge dichtheden van de prooi doden ze meer dan ze werkelijk als voedsel nodig hebben. Deze roofwantsen worden geleverd in verpakkingen, goed voor een bestrijding van 50 m2.


Plaag: Wittevlieg
De wittevlieg lijkt op een 1,5mm groot, witgepoederd motje, dat haar eitjes afzet aan de onderkant van jonge bladeren. De wittevlieg komt in grote aantallen voor en vermeerdert zich snel. Ze voeden zich met plantensappen en scheiden een kleverige stof af. Hierdoor worden de bladeren plakkerig en kan er zich een zwarte schimmelpluis vormen. Als er niet tijdig wordt ingegrepen, is de kans groot dat de plant de beschadiging niet overleeft.
Natuurlijke vijand: Sluipwesp
De sluipwesp is de meest effectieve bestrijder van de wittevlieg. Deze 0,3mm grote sluipwesp eet de larvale stadia van de wittevlieg en Iegt bovendien zijn eieren in de pop van de wittevlieg. Uit de witte-vliegpop komt dan geen wittevlieg maar een nieuwe sluipwesp! De sluipwespen worden geleverd op vijf kaartjes van honderd eieren per kaart. De kaartjes moeten aan de plant opgehangen worden en als de sluipwesp uitkomt, gaat hij op zoek naar de larven van de wittevlieg. Eén verpakking is goed voor 50m2.



Plaag: Bladluis
De bladluis is een ongeveer 3mm dikke, ovale, gekleurde (groen en zwarte) luis met een zeer korte voortplantingscyclus. De luizen voeden zich met plantensappen en scheiden een kleverige stof af (honingdauw). Dit maakt de bladeren van de plant kleverig en kan schimmelvorming veroorzaken. Door overdracht van ziekten worden de planten ziek en verwelken.
Natuurlijke vijand: Galmug
De 3mm grote galmug gaat zelf op zoek naar luizenkolonies en legt zijn eieren tussen de luizen. Elke muggelarve zuigt een honderdtal luizen leeg. De galmug wordt geleverd in coconvorm in 2 flesjes á 250 stuks per flesje en is goed voor een bestrijding van een oppervlakte van 50 m2. De inhoud uitstrooien op het blad van de plant.
Natuurlijke vijand: Gaasvlieg
Een volwassen gaasvlieg is groenkleurig en heeft zeer grote, transparante vleugels. Het zijn de larven van de gaasvlieg die zich vooral voeden met bladluizen, maar ook met spint en wittevlieg. De larven kunnen 20 tot 50 bladluizen per dag verorberen. De gaasvlieglarven worden per 500 in een kartonnen plaatje verpakt. De verpakking is goed voor ongeveer 50 m2. Door verwijdering van het fijne gaas kunnen ze op de planten uitgestrooid worden.




Plaag: Wortelluis, Miljoenpoten, Bollemijten etc.
Wortelluizen zijn te herkennen aan de kleur. Deze is licht-beige tot oranje/licht rood, afhankelijk van de klimaatomstandigheden. Ze zijn ongeveer 0,5 mm groot. Met een loupe zijn de voelsprieten zichtbaar. De schade bestaat uit pleksgewijze groeiremming door aantasting van de wortels. Hierdoor vergroot tevens de kans op een infectie van andere ziektes en wordt de opname van voedingsstoffen belemmerd.
Natuurlijke vijand: Hypoaspis miles roofmijt
Hypoaspis miles roofmijt is een natuurlijke vijand van allerlei bodeminsecten. Het is een bruin gekleurde bodemroofmijt ong. 1 mm groot en voedt zich met allerlei schadelijke bodeminsecten zoals wortelluis, springstaarten, miljoenpoten, varenrouwmuglarven en poppen van trips. De roofmijt is actief bij temperaturen boven 10 graden. Soms doden zij meer insecten dan zij als voedsel nodig hebben. Bodemroofmijten zijn onschadelijk voor mens, dier en gewassen en kunnen bovendien geen plaag vormen.


Brimex
De bovenstaande beschrijvingen slaan op de produkten van Brimex, beschikbaar bij DeSop.
Je kunt kiezen of je de kaart of de Natuurlijke vijand op het aflever adres wilt laten opsturen.